Een van de meest dierbare foto’s die ik bezit, is een foto van mijn kat Tobias. Tobias was mijn allereerste ‘eigen’ kat, hij woonde bij mij in mijn eerste eigen huis. Op de foto ligt Tobias op mijn eerste (bij de kringloop gekochte) lila bank, naast hem een Nokia 8310, de telefoon die ik toen had, en de DaKine-tas die ik tijdens mijn studententijd meenam naar colleges. De foto is een van de laatste die ik analoog maakte dus ik heb er geen digitale versie van, maar ik maakte een foto-van-foto die je hier kunt zien.
Die foto is me niet alleen zo waardevol omdat mijn kat erop staat, maar vooral omdat het een soort monument is van die tijd. Dat is een van de mooie dingen van fotografie: het kan de tijd bevriezen. Simpele accessoires zoals zo’n oude Nokia brengen me in één klap terug naar het begin van de zero’s; ik hoor weer de muziek die ik toen luisterde (Placebo, Incubus, Box Car Racer) en weet nog precies welke delen van mijn scriptie ik uitstelde tot het écht niet langer kon.
Toen ik ons nieuwe boek Snap! aan het maken was, bedacht ik me dat ik graag zo’n soort beeld in het boek wilde opnemen. Een beeld waar een tijdgeest in zit. Vandaar onze auto op deze foto. Wij hebben geen ‘fancy’ auto, zowel Casper als ik geven niet zoveel om auto’s (Casper zo mogelijk nog minder dan ik). Onze Suzuki Swift kochten we praktisch nieuw toen Wolf nog een baby was en we rijden er dus al bijna tien jaar in. Hij is onder andere met ons naar Parijs, Berlijn, Kopenhagen en Saint-Tropez geweest en doet het nog steeds prima, dus hij mag nog even blijven. Voor nu is die auto op de foto een gegeven: er rijden nog veel van dit soort Suzuki’s, ze zijn weinig bijzonder. Maar wacht een jaar of 15 en zowel wij als onze kinderen zullen hetzelfde hebben als ik heb als ik die foto van mijn kat zie. Dat is de kracht van fotografie: het maakt deurtjes in je hoofd open die anders gesloten blijven. Mooi hè?
Wens jullie een fijne zondagavond!